J'accuse

Als medewerker van de gemeente ******** zie ik zaken die me zeer doen;

- Er wordt geen juiste invulling gegeven aan het personeels- en vacaturebeleid;
- Er is geen openheid; gegevens en informatie worden onterecht verborgen en vastgehouden;
- Er wordt niet goed nagedacht over boekhoudkundige consequenties van een verandering in werkwijze, zoals een nieuw computerpakket;
- er worden dingen gezegd die in de praktijk niet waar kunnen worden gemaakt.

Ik ben voor een groot deel eens met de directie van de dienst waar ik werk.
Het is hun taak om deze organisatie te runnen op een zo effectief en efficiënt mogelijke manier.
Het is de taak van mij in de OR om aan te geven als die doeltreffend- en doelmatigheid de werkbaarheid niet meer ten goede komt.
Effectiviteit en efficiency is ook nodig om de organisatie plezierig houden om te werken. De doeltreffendheid maakt ook de medewerkers blij en geeft een voldaan gevoel. De doelmatigheid is noodzakelijk om het voortbestaan van de organisatie, in de vorm die wenselijk is, mogelijk te maken.

Het OR-werk gaat soms over zaken die mensen direct zien (vaststellen verplichte vrije dagen, vergoeding onregelmatigheidstoeslag, etc.)
Veelal worden organisatorische zaken (zoals reorganisatie, of veranderde werkwijze) abstract en academisch benaderd. Dit is benauwend en hier gaat de OR de verkeerde kant op. De OR moet niet in de voetstappen van het management staan om hun werk dunnetjes over te doen.
De OR zou de belangen van de medewerkers die het werk uitvoeren moeten toetsen aan de regels die er zijn en aan de daden van het management.

De OR beoordeelt het reorganisatieplan vaak pas als het plan er ligt. Eigelijk zouden de medewerkers die worden geraakt door een reorganisatieplan direct bij de ontwikkeling hiervan betrokken moeten worden. De OR kan dan achteraf beoordelen of dat correct en transparant is gebeurd.

Hier wil ik een bondgenoot zijn van het management. Niet als medewerker vanuit het beleid zoals veel andere OR-leden, maar vanuit het personeel dat aan de basis staat en het werk uitvoert.

overwerk

Een bekend vooroordeel over ambtenaren is dat ze een 9-tot-5-mentaliteit hebben. Overwerken gebeurt alleen in het bedrijfsleven, zo is het heersende beeld. Op het gemeentehuis of het departement gaat de computer om klokslag vijf uur uit.

Uit een enquête van InOverheid.nl blijkt echter dat dit beeld niet klopt. Maar liefst 85% van de ondervraagde ambtenaren geeft aan wel eens over te werken. Ruim de helft (52%) werkt minimaal 1 keer per week over en 13% blijft zelfs dagelijks langer zitten.

Tijdsduur
60% van de overwerkers blijft per keer maximaal een uur langer zitten. Ruim een kwart (27%) werkt per keer 1 tot 2 uur over en 13% spendeert per keer meer dan 2 uur aan overwerk. Mannen werken per keer langer over (gemiddeld 97 minuten) dan vrouwen (gemiddeld 82 minuten).

'Overwerk is soms nodig'
Hoe denken ambtenaren over overwerk? Driekwart van de ondervraagden vindt dat overwerk 'soms noodzakelijk is om het werk af te maken'. Een deel vindt daarentegen dat overwerk eigenlijk niet nodig zou moeten zijn. 'Je moet je werk binnen de normale werktijd af kunnen hebben', zegt 16% van de ondervraagden. 3% weigert pertinent om extra uren te maken: 'ik werk mijn uren, meer vind ik niet nodig'.

Werk mee naar huis
Ambtenaren blijven niet alleen op kantoor om werk af te maken, ook nemen ze werk mee naar huis. 52% van de ondervraagden neemt 'soms' werk mee om het thuis af te maken. 19% doet dit 'regelmatig' en 4% 'altijd'.

Carrière maken
Bijna de helft van de ambtenaren denkt dat overwerken een positief effect heeft op het verloop van de carrière; 43% is het eens met de stelling: 'mensen met een 9-tot-5 mentaliteit hebben minder kans om hogerop te komen bij de overheid'. Deze gedachte leeft het sterkst onder jongeren tot en met 34 jaar (49%) en leidinggevenden (50%).

.

bron: http://www.inoverheid.nl

Dit geeft niet alleen een ander beeld van de ambtenaar, het geeft ook aan dat er binnen de overheid niet efficiënt wordt gewerkt.

Wat te denken van al die ambtenaren die wekelijks niet meer uren mogen maken dan wat in hun arbeidscontract staat. Zij compenseren een overwerkdag dus met een kortere werkdag.
Ja hoor, zo kan ik het ook! Wat overwerken!